VLAANDEREN ONS VADERLAND ! FLANDRE NOTRE PATRIE !
Vous souhaitez réagir à ce message ? Créez un compte en quelques clics ou connectez-vous pour continuer.
VLAANDEREN ONS VADERLAND ! FLANDRE NOTRE PATRIE !

Tout individu fait d’abord partie d’une ethnie avant d’appartenir à un Etat! Nous appartenons à l’ethnie FLAMANDE avant d’être Français !
 
AccueilAccueil  PORTAILPORTAIL  Dernières imagesDernières images  S'enregistrerS'enregistrer  ConnexionConnexion  
Le Deal du moment : -39%
Pack Home Cinéma Magnat Monitor : Ampli DENON ...
Voir le deal
1190 €

 

 Vrije bijdrage : “Katholiek onderwijs: quo vadis ?

Aller en bas 
AuteurMessage
De_Vlaamse
Admin
Admin
De_Vlaamse



Vrije bijdrage : “Katholiek onderwijs: quo vadis ? Empty
MessageSujet: Vrije bijdrage : “Katholiek onderwijs: quo vadis ?   Vrije bijdrage : “Katholiek onderwijs: quo vadis ? EmptyMar 6 Nov - 22:34

Door Bjorn Roose

Er valt véél te zeggen over het onderwijs in Vlaanderen en Nederland. Dat weten ouders die nog kinderen op school hebben, maar dat weet ook iedereen die enige interesse voor het onderwerp heeft. Er wórdt dan ook veel gezegd over dat onderwijs. De een vindt dat het onderwijs in Vlaanderen beter is dan dat in Nederland (wat volgens een aantal statistiekjes inderdaad klopt), de ander vindt dat het ook in Vlaanderen flink achteruit gaat met het onderwijs (wat volgens een aantal andere statistiekjes klopt). De een vindt dat het onderwijs nóg verder moet gaan op het sinds de jaren ’60 van de vorige eeuw ingeslagen pad, de ander vindt dat we ‘terug’ moeten naar een meer kennisgericht onderwijs. De een vindt dat het onderwijs als systeem helemaal moet herzien worden, de ander vindt dat hij dat onderwijs beter zélf kan voorzien (‘home schooling’). We kunnen met andere woorden een boekenkast volschrijven over onderwijs nog vóór we onze conclusies er uit kunnen trekken. Dat kan dus niet de bedoeling zijn van dit artikel. Die bedoeling is wél het kort te hebben over de ‘zegeningen’ van de ‘multiculturele maatschappij’ op het vlak van onderwijs en meer bepaald waar het het katholiek onderwijs aangaat. Dat katholiek onderwijs, wat de hoofdmoot uitmaakt van wat in Vlaanderen ‘vrij onderwijs’ heet, is al lang niet meer katholiek en al evenmin vrij. En dat is een evolutie die eigenlijk al aan de gang is sinds dat katholiek onderwijs (deels) gesubsidieerd wordt door de staat. ‘Vrijheid van’ en ‘geld krijgen van’ gaat immers slecht samen. De verschillen tussen katholiek onderwijs en staatsonderwijs zijn met de decennia dan ook kleiner geworden. Zelfs de mythe dat katholiek onderwijs kwaliteitsvoller is dan staatsonderwijs begint de laatste jaren serieus aan sleet onderhevig te zijn. De voornaamste reden daarvoor ligt in het gegeven dat het katholiek onderwijs, in ruil voor subsidies vanwege de staat, haar katholieke project heeft laten vallen. Sinds Mieke Van Hecke, op dat moment al negen jaar Vlaams-Parlementslid voor de vroeger ‘katholieke’ CVP (Christelijke Volkspartij) en huidige CD&V (‘christen-democratisch en vlaams’, een volstrekt onmogelijke naam voor een partij eigenlijk), in 2004 als directeur-generaal aan het roer is komen te staan van het Vlaamse Secretariaat van het Katholiek Onderwijs (de katholieke ‘onderwijskoepel’) is dat alleen maar erger geworden.

Dat hoeft ook niet te verbazen. ‘Haar mensbeeld, zegt ze, lijkt sterk op dat van SP.A-minister Frank Vandenbroucke’, schreef Knack in z’n editie van 29 augustus 2007. Ze voegt daar elders, in antwoord op de vraag of ze gelovig opgevoed is, aan toe: ‘Ik heb dat geloof meegekregen van thuis. Maar als 68’er in hart en nieren heb ik dat niet op een naïeve manier gevolgd. In 1968 zat ik in mijn voorlaatste jaar rechten aan de universiteit, dus ik heb het geleerd om elk gezag ter discussie te stellen en ter verantwoording te roepen. Ook inzake geloofskwesties. Ik heb toen veel gediscussieerd, veel nagedacht, en heb uiteindelijk die persoonlijke keuze gemaakt. Hoe irrationeel het geloof ook is, op een bepaald moment moet je er op een min of meer rationele manier voor kiezen. Dat heb ik gedaan. Ik heb voor mijzelf meer argumenten gevonden om gelovig te zijn dan om ongelovig te zijn.’
Gelovig zijn uit rationele overwegingen klinkt buitengewoon … irrationeel en is dat ook. Je kiést nu eenmaal niet of je gelovig bent, je bént het gewoon of je bent het niet. Je kan je god of je goden ook niet ‘ter verantwoording (…) roepen’ en ik ken niet één monotheïstisch gelovige die het gezag van zijn god ter discussie stelt (met polytheïsten of andere heidenen ligt dat anders). Mieke Van Hecke is dus op z’n zachtst gezegd géén gelovige, wat zich ook uit in haar, al eerder genoemde, mensbeeld.
Ze gelooft ‘niet in de individuele religie’, waarin ‘iedereen zijn eigen religie gaat boetseren, zonder dat het nog enige moeite kost’, zegt ze, maar ter gelijkertijd heeft ze ‘er vrede mee dat (…) [ze] voor (…) [zichzelf] naar eer en geweten een aantal ethische overtuigingen koester[t] die niet stroken met wat Rome daarover zegt, bijvoorbeeld over geboorteplanning, abortus, euthanasie en homoseksualiteit’. Ze gelooft dan misschien ‘niet in de individuele religie’, maar ze doét er wel aan. Onethische wetgeving mag !
Kan er van zo’n Mieke Van Hecke dan verwacht worden dat ze het zal opnemen voor de katholieke geloofsethiek ? Natuurlijk niet. Niet alleen omdat ze die ethiek niet aanhangt, zoals ik al schreef, maar ook omdat ze van oordeel is dat die ethiek niet méér waard is dan die van een ander en dus ook niet mag opgelegd worden via wetgeving: ‘Vroeger werd de christelijke meerderheidsethiek ondersteund door de wetgeving. En daar dient die wetgeving niet voor. De wetgever mag mensen met een andere ethiek niet uitsluiten’. Meer nog: ‘Ik heb de legalisering van abortus zelfs verdedigd (…). Ik zie het zo: ethiek is toegepaste religie, en is dus gebonden aan tijd en ruimte. Wij kunnen vandaag niet meer dezelfde ethiek hanteren als in de middeleeuwen. Wat ik zou wensen, is dat er door de Kerk ruimte zou worden gecreëerd om ethische regels anno 2007 in Vlaanderen op onze eigen manier in te vullen als kerkgemeenschap’.
Hoe je als wetgever dan nog pedofilie, necrofilie, moord en elke andere mogelijke misdaad kan ‘uitsluiten’ – misdaden en misdrijven zijn immers in de eerste plaats een inbreuk op de ‘meerderheidsethiek’ – zegt Van Hecke er niet bij en waaróm je vandaag niet meer dezelfde ethiek zou kunnen hanteren als in de Middeleeuwen blijft ook al onduidelijk, maar we leren dus wél dat ethiek dus eigenlijk gewoon niet bestaat (als ethiek wél bestaat, sluit ze onethische zaken uit) volgens Van Hecke.
Wat maakt van een school een katholieke school ?
Niet echt verbazingwekkend dus dat de visie van Van Hecke op wat een katholieke school is even inhoudsloos is als haar visie op ethiek, die – zegt ze zelf – immers ‘toegepaste religie’ is: ‘Voor mij heeft dat alles te maken met het engagement waardoor de mensen gedreven worden. Wat drijft een school, wat drijft een leerkracht om onderwijs te geven aan kinderen ? In een katholieke school is dat de evangelische inspiratie. Wij maken aanspraak op een engagement dat het louter professionele overstijgt. Waarmee ik niet wil zeggen dat dat niet aanwezig is in het gemeenschapsonderwijs of bij andere onderwijsnetten, laat dat duidelijk zijn. Maar ons motief is uniek. Ik ken een secundaire school in Borgerhout waar 98 procent van de leerlingen moslims zijn, en waar 60 procent van de leerlingen geen diploma lager onderwijs heeft. Toch is dat een katholieke school, vindt de directeur. Zijn motivatie om zich in te zetten voor die kwetsbare jongeren is het evangelie, de boodschap van de Bergrede: zorg voor de zwakste, vergevingsgezindheid voor hen die falen, verantwoordelijkheid opnemen voor de samenleving … Eigenlijk is de Bergrede een bijzonder radicale handleiding. Omdat zorg voor kwetsbare groepen zo essentieel is, hebben wij ervoor gekozen om open te staan voor iedereen, ook voor niet-gelovigen, ook voor andersgelovigen.’
Even lós van het gegeven dat je, bijvoorbeeld, islamieten in dit land (over hen hebben we het zo meteen) maar héél moeilijk als ‘de zwakste’ of als ‘kwetsbare groep’ kan beschouwen, houdt heel het ‘engagement’ van Mieke Van Hecke en het katholiek onderwijs dus, zoáls haar ethiek, de ontkenning in van alle engagement. Wie niets eist, wie de ‘zwakke’ in z’n zwakte laat, wie voor alles en iedereen ‘openstaat’, wie als gelovige niet probeert de ‘niet-gelovigen’ of de ‘andersgelovigen’ te overtuigen van zijn geloof (al was het maar door dat geloof ook uit te dragen), die heeft gewoon geen engagement. En wie geen engagement heeft, die hoort niet thuis in het onderwijs, laat staan dat hij dat onderwijs zou mogen leiden.
Maar toch gebeurt dat, met alle gevolgen van dien.
Zo slaagt ze er in te zeggen dat ‘we het onderwijs toch enorm verarmen’ ‘als er geen ruimte meer is om levensbeschouwelijke vakken in te kleuren met een eigen visie op mens en maatschappij’, terwijl ze het kennelijk niét vindt kunnen het hele katholieke onderwijs of die maatschappij zélf ‘in te kleuren met een eigen visie op mens en maatschappij’. Haar visie op het niet kunnen opleggen van een ‘meerderheidsethiek’ via wetgeving vloekt dus volkomen met haar visie op het kunnen ‘inkleuren’ van de ‘levensbeschouwelijke vakken’ ‘met een eigen visie op mens en maatschappij’. Alleen al het feit dat die ‘eigen visie op mens en maatschappij’ volkomen onnuttig wordt als die maatschappij zich geen lor aantrekt van die eigen, christelijke, visie – iets waar ze zélf voor pleit – bewijst dat.
Maar ze haalt dat argument dan ook slechts aan ter verdediging van de in de islam sterker dan in het christendom spelende creationistische overtuiging. ‘Dat de islam de evolutietheorie verwerpt, en nog altijd een vorm van creationisme vooropstelt’ is immers zo ongeveer het enige argument dat ‘progressieven’ (en dus ook de journalist van Knack) tegen de islam hebben en dat argument wordt dan ook aangehaald als Van Hecke antwoordt op de vraag of islamlessen in het katholieke onderwijs moeten kunnen: ‘Het moet volgens mij mogelijk zijn, op een aantal voorwaarden. Er moet een belangrijke moslimpopulatie aanwezig zijn. De leerkracht die het vak geeft, moet loyaal zijn ten aanzien van de katholieke inspiratie van de school en moet zich ook engageren in de school. En ik zou ook willen dat er een marginale toetsing kan gebeuren over de inhoud van het vak’.
Aangezien die katholieke inspiratie niets inhoudt, toch niet als dat de ‘inspiratie’ is waarover Van Hecke het heeft, en dat hetzelfde geldt voor het engagement, kan ik me gewoon niets voorstellen bij die ‘voorwaarden’. En dat los van het feit dat je van moslims nóóit loyaliteit ‘ten aanzien van de katholieke inspiratie’ kan verwachten, net zomin eigenlijk als je van katholieken loyaliteit ten aanzien van de islamitische inspiratie zou mogen verwachten.
Dat Van Hecke overigens geen bal afweet van de inhoud van de islam – wat logisch is, gezien ze ook niet begrepen heeft wat haar éigen geloof inhoudt – blijkt trouwens uit deze uitspraak: ‘Toch zou ik willen dat de overheid de inhoud van die islamlessen kan toetsen aan de grondrechten van onze samenleving. Zodat het imago van de islam als zou die godsdienst haaks staan op onze grondrechten, eindelijk de wereld uit kan worden geholpen. Ik weet niet of die spanning tussen islam en grondrechten bestaat, maar ik ga ervan uit dat het niet noodzakelijk zo hoeft te zijn’. Ik van mijn kant weet niet of de naïviteit van Van Hecke grenzeloos is, maar ik ga ervan uit dat ze het er in dat geval gewoon om doet.
Wat niets afdoet aan het concretiseren van haar plannen: ‘We zijn er nog niet helemaal uit, maar in mijn voorstel zouden moslimkinderen in de lagere school één uur islam en één uur katholieke godsdienst kunnen krijgen. Ik vind het belangrijk dat kinderen de introductie in hun eigen religie krijgen in een schoolcontext, omdat het per slot van rekening toch gaat om een overdracht van kennis, vaardigheden en attitudes. Maar de katholieke godsdienst blijft ook voor hen belangrijk, omdat die rituelen en symbolen dermate ingebakken zitten in onze Vlaamse cultuur dat het bijna een element van integratie is om daarmee vertrouwd te raken.’
Jawel, Van Hecke reduceert het belang van haar eigen geloof tot ‘rituelen en symbolen’ waarvan de kennis ‘BIJNA een element van integratie’ is, terwijl ‘de introductie in hun eigen religie’ van islamitische kinderen ‘een overdracht van kennis, vaardigheden en attitudes’ inhoudt. De katholieke godsdienst krijgt dus een volkomen tweederangsrol toebedeeld, een rol die ze enkel nog speelt omdat de ‘rituelen en symbolen’ ervan nu eenmaal ‘ingebakken zitten in onze Vlaamse cultuur’ (wélke Vlaamse cultuur, vraagt een mens zich af, als hij Van Hecke bezig hoort). Los van het gegeven dat Van Hecke kennelijk niet weet dat de islamitische godsdienst er ook buiten de schoolmuren ingepompt wordt (wat niet kan gezegd worden van de katholieke godsdienst, die er zelfs bínnen de schoolmuren niet meer ingepompt wordt), is dat het belangrijkste gegeven: Mieke Van Hecke, en met haar het katholieke onderwijs in Vlaanderen, heeft zich nu al teruggetrokken in de rol die de islam bereid is te geven aan de christenen: de dhimmitude, het mogen blijven bestaan zolang de islamitische heersers er niet anders over beslissen.
‘(…) we moeten alles doen om de integratie te bevorderen. Ook oplossingen zoeken om de grote cultuurverschillen tussen de school en de thuisomgeving te overbruggen. Want die kloof is nog altijd een van de grootste oorzaken van leer- en taalachterstand van allochtone kinderen. Ik ben er dan ook niet tegen om eventueel zelfs een aantal vakken in hun eigen taal te voorzien. Zodat de kennisverwerving in de lagere school tenminste niet wordt verhinderd door een taalprobleem.’
De taal van het land mínder gebruiken op school zou dus volgens Van Hecke tot méér integratie moeten leiden. Net zoals het dragen van een hoofddoek kennelijk geen probleem zou vormen voor die integratie: ‘Ik ben voor keuzevrijheid en ga mij niet mengen in de discussie of de hoofddoek nu een teken van emancipatie of van onderdrukking is. (…) Ik vind ook dat elke groep zijn eigen emancipatie moet doorvoeren, dat moeten wij niet in hun plaats doen. De moslimvrouwen zullen zichzelf wel emanciperen’. Wat toch wel een héél eigenaardige stelling is voor iemand die wél meent de ‘leer- en taalachterstand van allochtone kinderen’ te moeten oplossen én ze les te geven in hun eigen godsdienst …
Ik denk niet dat degene die mij vroeg een ‘stukje’ te wijden aan de islamitische - en Arabische lessen in het katholieke onderwijs een stuk als dit voor ogen had, maar ik kon toch niet laten het probleem filosofisch aan te pakken en het in te kleden in een visie op de hele denkwereld van Mieke Van Hecke. Had ik dat wél gedaan dan kon ik volstaan hebben met de zin: het katholiek onderwijs, Mieke Van Hecke op kop, wil islamitische lessen én meer lessen in het Arabisch gaan organiseren, en wij zijn het daar niet mee eens. Maar Voorpost heeft ook een vormende taak, bijvoorbeeld in het uitleggen waaróm we ergens een probleem mee hebben. Dát is de bedoeling van dit artikel.
Wij vinden immers wél dat ethiek belangrijk is, wij hangen niet het ‘weg met ons’ van de mei-‘68’ers aan, wij beschouwen onze eigen waarden en normen wél als superieur aan die van bijvoorbeeld de islam, wij maken deel uit van een volk, met niet alleen een eigen taal, maar ook een eigen cultuur en een eigen geschiedenis. En de zin van ons leven zit in het deel uitmaken van de cirkel van het leven, een cirkel waarin het volk boven ons als individuen staat. Wij zijn het dus niét eens met Mieke Van Hecke als ze in antwoord op de vraag wat de zin van het leven is het volgende zegt: ‘Een ontzettend moeilijke vraag, omdat ze zo abstract is: de zin van hét leven ? Ik kan niet uitmaken wat de zin van hét of van uw leven is. Er is voor mij alleen maar de zin van mijn leven. De zin die ik aan mijn leven wil geven. (…) Ik wil eigenlijk graag gezien worden. (…) Al die andere grote vraagstukken des levens overstijgen m ij eerlijk gezegd nogal.’
Van iemand die niet eens de moeite doet op de ‘grote vraagstukken’ een antwoord te formuleren, die slechts bezig is met zichzelf en daardoor in feite (nogmaals, want dat deed ze met haar visie op euthanasie en abortus ook al) aangeeft geen zin in het leven te zien, kan niet verwacht worden dat ze het katholieke onderwijs, een onderwijs dat toch ‘ingekleurd’ zou moeten zijn door de ‘zin van het leven’, naar behoren kan leiden. En zolang mensen als Mieke Van Hecke het voor het zeggen hebben in dat onderwijs én in onze ‘samenleving’ zal dat onderwijs én die samenleving er alleen maar verder op achteruit gaan. Dat onderwijs en die ‘samenleving’ horen immers gebaseerd te zijn op het antwoord op de ‘grote vraagstukken’.”
Revenir en haut Aller en bas
 
Vrije bijdrage : “Katholiek onderwijs: quo vadis ?
Revenir en haut 
Page 1 sur 1
 Sujets similaires
-
» Vrije bijdrage : SIOE steunt israëlisch imperialisme?
» Vrije tribune : Vlaanderen en Schotland onafhankelijk?
» Vrije tribune : Waarom wordt kapitaal meer beloond dan werk?

Permission de ce forum:Vous ne pouvez pas répondre aux sujets dans ce forum
VLAANDEREN ONS VADERLAND ! FLANDRE NOTRE PATRIE ! :: Ce qui se passe en Flandre :: Les nouvelles en Flamand / De nieuws in vlaemsch-
Sauter vers: